Tradities gaan soms lang terug. Voordat Wim en ik de Biologische Slagerij in Hilversum begonnen, bestond er in zijn familie al vier generaties lang een vleeschhouwerstraditie.
De geschiedenis voert ons terug naar het Utrechtse Harmelen. Daar begon Overgrootvader de eerste slagerij. Zo legde hij zonder het te weten de basis voor wat nu onze mooie winkel is.
Paasbeste koe
Er zijn ook tradities in tradities. Zoals de paaskoe. Elk voorjaar werd er een koe gekozen. De koe werd bekeken, bevoeld en goed bevonden voor de paasverkoop. Zo’n paaskoe ziet u op de foto boven dit artikel.
Deze is zelfs nog bijzonderder, want het is de eerste koe die Opa slachtte na de Tweede Wereldoorlog. De koe was net voor Pasen bij een boer vlakbij gekeurd en gekocht. Daarna wandelde opa met de koe aan een touw terug door het dorp naar de slagerij. Achter de winkel in Harmelen was de slachtplaats.
De hele familie hielp mee
Bij de slacht werd het hele gezin ingeschakeld. Mary herinnert zich het nog goed. Als jongste dochter van deze slager vertelt ze dit verhaal: “Zodra je als kind met je neus boven de snijmachine uitgroeide mocht je meehelpen. Daar was je maar wat trots op.”
“De kleine kinderen mochten niet bij het slachten zelf zijn, maar als de keurmeester geweest was dan mocht je allerlei klusjes doen. Aangeven, inpakken, roeren en mengen van de worsten, die werden direct gemaakt. Er was immers geen gekoelde toonbank, dus alles werd direct verwerkt en uitgesneden.”
We houden tradities in ere
Wat nu zo leuk is: in onze winkel doen we het nog steeds zo. We wandelen niet meer met een koe door het dorp, maar familie draagt nog steeds haar steentje bij. Zo helpt Mary nog altijd met het bereiden van het vlees. Alleen heeft ze nu anderen voor de kleine klusjes en machines voor het mengen en worststoppen.
En voor Pasen? Dan hebben we net als vroeger een speciale paaskoe: een Jerseyrund. Onze boer Jan Dirk zegt dat het een hele schone is. We zijn benieuwd. De koe is bekeken en bevoeld en goed bevonden – net als vroeger.
Dat voelt goed.